PFAS, de hardnekkige āforever chemicalsā die zich opstapelen in ons lichaam, zijn berucht vanwege hun schadelijke gezondheidseffecten. Nieuw onderzoek wijst uit dat een ogenschijnlijk eenvoudig graanproduct als havervlokken mogelijk bijdraagt aan het verlagen van PFAS-niveaus in het bloed. Zou vezelrijk eten een verrassende rol kunnen spelen in het opruimen van deze chemische stoffen?
Een toevallige vondst: vezels tegen PFAS?
Een kleinschalige studie, onlangs gepubliceerd in Environmental Health, ondersteunt de hypothese dat het eten van meer vezels PFAS, ofwel per- en polyfluoralkylstoffen, in het lichaam kan afbreken. In het onderzoek werden bloedmonsters geanalyseerd van 72 mannen met verhoogd cholesterol. Zij namen vier weken lang deel aan een interventie waarin zij driemaal daags een vezelrijke drank met bĆØta-glucanen uit haver innamen. Deze studie was oorspronkelijk bedoeld om het effect van vezels op cholesterol te bestuderen, maar de onderzoekers namen ook PFAS mee in hun analyses. Daarbij vonden ze dat in de groep die de havervezels kreeg, na vier weken een significante afname te zien was van een aantal korteketen PFAS soorten in het bloed. Deze afname werd niet waargenomen in de controlegroep.
Gelvormende vezels āvangenā PFAS
Een mogelijke verklaring is volgens de onderzoekers dat de voedingsvezels in de darmen een gelachtige laag vormen. Deze vezels binden zich in de darmen aan galzuren, waardoor deze samen met de vezels worden uitgescheiden via de ontlasting. Er zijn grote chemische overeenkomsten tussen galzuren en PFAS. Daarom is het aannemelijk dat vezels ook PFAS kunnen āvangenā en de uitscheiding ervan bevorderen, zo stellen de onderzoekers. Zo wordt de zogenoemde enterohepatische recirculatie, waarbij stoffen via gal opnieuw in de darmen terechtkomen en weer worden opgenomen, onderbroken. Hierdoor kan PFAS eerder het lichaam verlaten via de ontlasting.
Beperkte bewijslast
Ondanks deze goede resultaten is voorzichtigheid geboden. De interventie duurde maar vier weken, terwijl sommige PFAS jarenlang, met name langeketen PFAS vaak tussen 2 en 7 jaar in het lichaam aanwezig blijven.
Hoewel de resultaten hoopvol zijn, zijn ze dus ook voorlopig. De onderzoekers pleiten voor grotere en langere interventiestudies om vast te stellen of voedingsvezels daadwerkelijk kunnen bijdragen aan het verminderen van PFAS in het lichaam. Speciale aandacht moet daarbij uitgaan naar de effecten van bĆØta-glucaan op concentraties van lange-keten PFAS in het bloed, omdat juist deze in het bijzonder verdacht worden van negatieve gezondheidseffecten.